In de spotlight: community artist Jordy Dik
INTERVIEW | Dansdocent en choreograaf Jordy Dik (26 jaar) is een echte ‘community artist’. Hij werkt vanuit de ontmoeting tussen verschillende groepen. Dat doet hij als freelance choreograaf onder andere voor Holland Dance Festival en Theaterwerkplaats Tiuri. Verder geeft hij les op De Theaterhavo/vwo en de MBO Theaterschool en is hij als stagebegeleider en community artist verbonden aan Codarts Docent Dans. Zijn specialiteit is improvisatie en inspelen op wat er in het moment gebeurt. Nieuwsgierig naar zijn werkwijze? Lees verder!
Dit artikel is geschreven in opdracht van Dansdocent.nu, en meeverhuisd naar Dansers.nu. Vanaf oktober 2022 lees je in deze rubriek gloednieuwe interviews met dansers en makers uit Nederland en Vlaanderen.
Waar heb jij de opleiding tot dansdocent gevolgd?
Ik heb de opleiding Docent Dans gedaan bij Codarts Rotterdam en de master Choreografie bij Codarts en Fontys. Daar denk ik met een heel warm hart aan terug. Ik heb het gevoel dat ik er alles aan te danken heb.
Ingrid Stoepker (opleidingshoofd bij Codarts) heeft me ook echt weggehaald bij de theaterschool waar ik de middelbare school deed. Ik had nog maar net een plié gezien! Toch heeft Ingrid iets gezien toen ze me tijdens een workshop zag waardoor ze dacht we moeten dit doen. Ze moedigde mij aan auditie te komen doen voor de docentenopleiding.
In de eerste twee jaren ben ik vooral hard bezig geweest met de verschillende dansstijlen onder de knie te krijgen. In het derde jaar merkte ik op dat ik hele hoge cijfers had voor improvisatie en mij vooral aangetrokken voelde door de Community Arts projecten. In het vierde jaar wilde ik dan ook liever geen balletdidactiek meer volgen en vroeg of ik naar de Universiteit van Utrecht mocht om daar lessen Community Arts te volgen. Ik kende de professor en ik kon zo studiepunten krijgen.
Door die groeikansen en het meedenken van de opleiding begon ik te vliegen. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik een individu was waarin ze geloofden en dat ik echt gezien werd. Dan wil ik het waarmaken en tonen dat dat vertrouwen niet voor niets is. Dat ik nu ook bij Codarts Rotterdam als gastdocent in de Community Art week en als (stage) begeleider mag werken is helemaal te gek.
Wie is jouw rolmodel?
Ik vind het gewoon het allermooist als je verschillende leefwerelden bij elkaar kan brengen. Ik weet zeker dat het begonnen is bij het 1e jaar op Codarts bij Catalina Garcia en een community arts project op het ICAF. Catalina begon met onze klas te werken en een groep leerlingen van de middelbare school. Ik stond bij de deur als stagiaire en als 19-jarige hoorde ik die leerlingen vloekend binnenkomen. Als eerstejaars student dacht ik toen letterlijk Holy Fuck, wat wordt dit voor project? Maar binnen een half uur draait Catalina heel die ruimte van vijftig mensen om en staat iedereen te knuffelen en aan contactimprovisatie te doen.
Op dat moment heb ik besloten ooit te willen worden zoals zij! Niet exact, maar ik wilde wel de magie en power hebben die zij toen toonde, dat charisma door binnen een paar minuten een ruimte te veranderen en daardoor een betere wereld te creëren.
Toen ik een beroepsopleiding moest gaan kiezen twijfelde ik tussen de Kunsten of om de politiek in te gaan en dus een bestuurlijke studie te kiezen. Dankzij Catalina kwam ik er achter dat verschillende werelden samen konden komen; het kunstzinnige en het maatschappelijke. Ik zag in die ontmoeting twee verschillende werelden die zo ogenschijnlijk zonder moeite één konden worden. Door het verschil te accepteren en te omarmen als beginsel kan een gevoel van samenzijn gecreëerd worden. Mijn idee is dan ook nooit om een groep homogeen te maken maar om de heterogeniteit te accepteren waardoor er een homogene consensus ontstaat.
Ik ben ook geïnspireerd door Pina Bausch die zei: ‘ik ben niet op zoek naar dansers, maar naar mensen die dansen’. Ik ben als maker op zoek naar een eerlijke vorm van de mens. In al haar schoonheid en in al haar gebreken. De interpersoonlijke en lijfelijke ontmoeting tussen mensen zorgt hiervoor. Dan vallen maskers weg.
Binnenkort sta jij op de HubClub van Introdans. Wat mogen we verwachten?
Het stuk voor de HubClub maak ik in samenwerking met mijn vaste partners Theaterwerkplaats Tiuri en Vincent Dankelman. Het is een plek waar mensen met een mentale beperking in aanraking komen met theater en dans. Ik ben daar een zaalproductie gaan maken. Dat was een heftig stuk geïnspireerd op René Magritte’s schilderij The Lovers, waarop twee mensen te zien zijn met doeken om hun hoofd gewikkeld. Die heeft de Roosendaalse Cultuurprijs 2019 gewonnen.
Normaal werk ik vanuit de ontmoeting tussen twee groepen. Bij deze zaalproductie had ik echter alleen performers met een beperking, maar geen ‘ontmoeters’. Dus dat was eigenlijk tegen mijn regels! Ik ben gaan zoeken hoe ik weg kon gaan bij het aangezicht van de spelers. Ik wilde niet vanaf moment één de zichtbaarheid van de beperking laten zien, maar juist de schoonheid en het zijn van alle lijven theatraliseren.
Ik ben dan ook gaan werken met de doeken van het schilderij en een hele grote wand van 3 meter hoog en 12 meter breed. Ik wilde dat de performers in een glazen kooi zouden zitten, waardoor de ontmoeting tussen publiek en performer gevisualiseerd werd door er ‘iets’ tussen te zetten. Wat voor mij de metafoor is voor veel ontmoetingen, we werpen namelijk nooit onze gehele muur zomaar af. Die wand wordt ook een spiegel als je die goed aanlicht. Af en toe ziet het publiek zichzelf als een reflectie van wat er op het toneel gebeurt, en af toe de performers.
Zo creëerde ik alsnog de ontmoeting waar ik steeds naar op zoek ben in de voorstelling No Bodies. Voor de HubClub maak ik een preview van 10 minuten van deze voorstelling. Dit doe ik met twee professionals en twee dansers van Tiuri. Het is een pop-up edition en een opmaat naar de tournee die gepland staat voor No Bodies.
Naast je werk als choreograaf, ben je ook actief als dansdocent. Wat zijn jouw lesdoelen?
Op de MBO Theaterschool Rotterdam en De Theaterhavo/vwo geef ik veel improvisatie en choreografische werk, maar ook af en toe een mix van jazz, urban en contemporary. Ik heb daarbij vooral aandacht voor de muzikaliteit. Mij boeit het eigenlijk niet waar je arm precies zit, als je maar voelt in alles dat die arm daar moet zijn.
Samen met Arienne Zwijnenburg heb ik in het vierde jaar van mijn opleiding Docent Dans een gesprek gehad over de voorbereiding van mijn lessen. Ik bereid heel veel voor, maar ik wil mijn materiaal niet gewoon voorbereiden en afdraaien. Dat is voor mij ook geen ontmoeting. Zij is daarom het modulair werken bij mij gaan opborrelen. Dus dat ik één thema of oefening kies en van daaruit ga voortborduren. Het werken in het moment - ook al ben je dan niet perfect pedagogisch - doe ik graag.
Ik zeg daarom ook vaak dat ik choreograaf ben, meer dan docent. Ik wil vooral ‘activeren’ als ik doceer en een atmosfeer creëren waarin we kunnen toveren met elkaar en een magische ruimte creëren. We mogen in die ruimte niet denken in ‘platte’ schoonheid maar de ontmoeting van het menselijke met ‘innerlijke en interpersoonlijke’ schoonheid. Dat is mijn diepere benadering van esthetiek. Ik kom dus in mijn danslessen niet per se iets aanleren, maar wel contexten scheppen zodat mijn leerlingen leren over zichzelf en dat het er eigenlijk allemaal al zit.
Is jouw werkwijze het geheim achter jouw snel groeiende carrière?
Ik vind dat heel moeilijk om daar zelf over te kunnen oordelen na slechts vier jaar in het werkveld te staan. Maar ik stop zeker veel energie en tijd in de werkwijze die ik hanteer te verdiepen. Dat is mede versneld dankzij mijn masteropleiding choreografie aan Codarts/Fontys. Daarnaast helpt het dat er niet zoveel mensen zijn die de dingen doen die ik doe, of hoe ik die doe. In die niche kan ik daardoor veel werkervaring opdoen en snel groeien.
En niet te vergeten: ik houd van netwerken. In ieder geval babbelen! Ik kan in een eerste kennismaking snel laten zien wat mijn vuurtje is. Mensen raken daardoor geïnteresseerd. Dat maakt het werk en alle ontmoetingen die ik daar in heb soms ook heel kwetsbaar. Hoe dichter je bij het vuurtje zit, hoe intenser ik alles ervaar.
Dit probeer ik te omarmen, want dat is ook een kracht. Als een organisatie mij inhuurt als docent of choreograaf wil én beloof ik dat ik alles zal geven. Ik ben in die ruimte 100% aanwezig en handel uit volle ziel en zaligheid. De eerlijke ontmoeting tussen mij en de ander(en) kan er namelijk alleen zijn als ik zelf ook filters kan en durf los te laten. Elke dag opnieuw. Dit is voor mij het mooiste wat er is!
Dit artikel wordt je gratis aangeboden door Dansers.nu. Vind je ons online magazine voor dansers ook een fantastisch initiatief? Steun ons dan door lid te worden!
IN DE SPOTLIGHT
Dansdocent ben je omdat het je passie is, maar wat meer respect en erkenning zou ook fijn zijn. Toch? Daarom interviewen wij regelmatig leden van Dansdocent.nu om hen in de schijnwerpers te zetten en de aandacht te geven die zij verdienen. We vragen hen waarom ze dansdocent zijn geworden, hoe ze het ervaren en wat ze nog zouden willen meemaken. Ook interviewen we regelmatig vooraanstaande en populaire dansdocenten. Laat je inspireren door deze mooie mensen!